Kessler zegt dat onderzoekers nog steeds niet zeker weten of psychische aandoeningen veel vaker voorkomen in de VS of dat mensen het gewoon prettiger vinden om erover te praten met vragenstellers. Discussies over geestesziekten zijn veel minder gebruikelijk in veel delen van de wereld dan in de VS, waar geneesmiddelenfabrikanten vaak medicijnen aanprijzen die zijn ontworpen om stoornissen te behandelen.
“Dit zijn het soort gezondheidsproblemen waarvan mensen niet opspringen en zeggen dat ze ze hebben,” vertelt hij aan verslaggevers.
Kessler wijst op een gerapporteerd percentage van 5,3% angststoornissen in Japan – een cijfer dat hij “ongeloofwaardig laag” noemt. Japan verbruikt ook de meeste benzodiazepines – geneesmiddelen die worden gebruikt om angst te verminderen. Dat is meer dan enig ander land per persoon, zegt hij.
De studie toont ook aan dat de VS en andere geïndustrialiseerde landen slecht werk leveren bij het verspreiden van behandeling naar patiënten die deze het meest nodig hebben. Bijna de helft van alle mensen met ernstige psychische aandoeningen in de VS heeft in het afgelopen jaar geen behandeling gekregen. Tegelijkertijd kreeg 23% van de mensen met “milde” psychische stoornissen en zelfs 8% van degenen met psychische problemen die niet helemaal voldoen aan de officiële criteria voor een psychische aandoening – de zogenaamde “subthreshold” problemen – zorg.
“Het feit dat veel mensen met subdrempelstoornissen worden behandeld terwijl veel mensen met ernstige stoornissen dat niet worden, toont aan dat onvervulde behoeften aan behandeling bij ernstige gevallen niet alleen een kwestie is van beperkte behandelingsmiddelen, maar dat er ook sprake is van een verkeerde toewijzing van behandelingsmiddelen,” concluderen de onderzoekers.
