Alcohol
Alcohol komt direct vanuit het spijsverteringskanaal in de bloedvaten terecht. In enkele minuten transporteert het bloed de alcohol naar alle delen van het lichaam, waaronder de hersenen.
Alcohol beïnvloedt de neuronen van de hersenen op verschillende manieren. Het verandert hun membranen, evenals hun ionenkanalen, enzymen en receptoren. Alcohol bindt zich ook direct aan de receptoren voor acetylcholine, serotonine, GABA, en de NMDA-receptoren voor glutamaat.
Klik op de labels in het diagram hiernaast om een animatie te zien over hoe alcohol een GABA-synaps beïnvloedt. Het effect van GABA is het verminderen van neurale activiteit door chloride-ionen toe te laten in het post-synaptische neuron. Deze ionen hebben een negatieve elektrische lading, wat helpt om het neuron minder prikkelbaar te maken. Dit fysiologische effect wordt versterkt wanneer alcohol zich bindt aan de GABA-receptor, waarschijnlijk omdat het ionkanaal daardoor langer open kan blijven en dus meer Cl-ionen de cel binnenlaat.
De activiteit van het neuron zou daardoor nog verder afnemen, hetgeen de kalmerende werking van alcohol verklaart. Dit effect wordt versterkt doordat alcohol ook het excitatoire effect van glutamaat op NMDA-receptoren vermindert.
Het chronisch gebruik van alcohol maakt echter de NMDA-receptoren geleidelijk overgevoelig voor glutamaat, terwijl de GABA-erge receptoren worden gedesensibiliseerd. Het is dit soort aanpassing dat de staat van excitatie zou veroorzaken die kenmerkend is voor alcoholontwenning.
Alcohol helpt ook de afgifte van dopamine te verhogen, door een proces dat nog niet goed begrepen is, maar dat lijkt in te houden dat de activiteit van het enzym dat dopamine afbreekt, wordt beperkt.
Algemene links over alcohol: