De gezondheidsdienst van het graafschap schakelde het ministerie van Volksgezondheid en Human Services van Californië in, dat twee wetenschappers, Drs. Ana Maria Osorio en Kirsten Waller, op de zaak zette. Zij ondervroegen 34 ziekenhuismedewerkers die op 19 februari op de spoedeisende hulp hadden gewerkt. Met behulp van een gestandaardiseerde vragenlijst ontdekten Osorio en Waller dat de mensen die ernstige symptomen hadden ontwikkeld, zoals verlies van bewustzijn, kortademigheid en spierkrampen, bepaalde dingen gemeen hadden. Mensen die op minder dan een meter van Ramirez hadden gewerkt en haar intraveneuze lijnen hadden gehanteerd, liepen een hoog risico. Maar andere factoren die samenhingen met ernstige symptomen leken niet overeen te komen met een scenario waarin dampen waren vrijgekomen: uit het onderzoek bleek dat de getroffenen eerder vrouwen dan mannen waren, en ze hadden allemaal normale bloedtesten na de blootstelling. Zij geloofden dat de ziekenhuismedewerkers leden aan massahysterie.
Gorchynski ontkende dat zij getroffen was door massahysterie en wees op haar eigen medische geschiedenis als bewijs. Na de blootstelling verbleef zij twee weken op de intensive care met ademhalingsproblemen. Ze ontwikkelde hepatitis en avasculaire necrose in haar knieën. De lijkschouwer van Riverside nam contact op met het Lawrence Livermore National Laboratory om het incident te onderzoeken. Livermore Labs stelde dat Ramirez dimethylsulfoxide (DMSO), een oplosmiddel dat als krachtige ontvetter wordt gebruikt, had gebruikt als huismiddeltje tegen pijn. Gebruikers van deze stof melden dat het een knoflookachtige smaak heeft. Het wordt in gelvorm verkocht in bouwmarkten en zou ook het vettige uiterlijk van Ramirez’ lichaam kunnen verklaren. De wetenschappers van Livermore dachten dat de DMSO in Ramirez’ lichaam zich had kunnen ophopen door een verstopping van haar urinewegen als gevolg van haar nierfalen. Zuurstof toegediend door de verplegers zou zich met de DMSO hebben gecombineerd tot dimethylsulfon (DMSO2). DMSO2 staat erom bekend dat het bij kamertemperatuur kristalliseert, en kristallen werden waargenomen in een deel van Ramirez’ afgenomen bloed. Elektrische schokken tijdens de defibrillatie kunnen vervolgens DMSO2 hebben omgezet in dimethylsulfaat (DMSO4), de zeer giftige dimethylether van zwavelzuur, waaraan het personeel van de eerste hulp een aantal van de gemelde symptomen kan hebben overgehouden. De Livermore-wetenschappers stelden op The New Detectives dat de verandering in temperatuur van het afgenomen bloed, van de 98,6 °F (37 °C) van Ramirez’ lichaam naar de 64 °F (18 °C) van de spoedafdeling, kan hebben bijgedragen tot de omzetting van DMSO2 in DMSO4. Dit is echter niet bevestigd.