Gevangene van AzkabanEdit
Crookshanks komt het verhaal binnen door van de top van de gestapelde kooien in de Magische Menagerie in Diagon Alley op Rons hoofd te springen, in een bijna-succesvolle poging om Scabbers te vangen. Hermelien, die een uil wilde kopen, koopt in plaats daarvan Crookshanks, onder Ron’s protest dat Scabbers nooit rust zal krijgen met “die kat” in de buurt, en neemt hem mee naar Zweinstein. Tijdens de reis naar Zweinstein, en verschillende keren tijdens het schooljaar, probeert Crookshanks Scabbers te vangen, waarbij hij Ron vaak verwondt. Tenminste één keer lijkt Crookshanks opzettelijk een spin voor Ron’s ogen op te eten, wat Ron ziet als een regelrechte irritatie. Uiteindelijk worden we ertoe gebracht te geloven dat Crookshanks Scabbers fataal aanvalt in de slaapzaal van de jongen.
Harry ziet later Crookshanks in gezelschap van de grote zwarte hond die Harry blijkbaar al een tijdje volgt. Dit stelt Harry gerust, die had geloofd dat de hond een Grim was; als Crookshanks hem kan zien, moet de hond wel echt zijn in plaats van een spook.
Als Ron, Harry, en Hermelien teruggaan naar het kasteel na Hagrid’s shut te hebben verlaten, valt Crookshanks opnieuw Scabbers aan, die levend werd teruggevonden. Wanneer Ron en Scabbers door de mysterieuze zwarte hond in een tunnel onder de Kwetterende Wilg worden gesleurd, laat Crookshanks zien hoe je de Wilg kan stilzetten zodat Harry en Hermelien kunnen volgen.
In de Shrieking Shack, wordt onthuld dat Crookshanks bevriend is met Sirius Black, een Animagus tovenaar die kan communiceren met Crookshanks terwijl hij in zijn hondengedaante is. Het was Crookshanks die de wachtwoordenlijst van Neville Longbottom stal, waardoor Sirius toegang kreeg tot de Gryffindor Common Room op de avond dat Ron zou zijn aangevallen, hoewel Scabbers het eigenlijke doelwit was. Verschillende keren tijdens het daarop volgende gevecht in de Shack, verdedigt Crookshanks Sirius tegen Harry: hij valt Harry aan als hij probeert zijn toverstok terug te krijgen, en gaat op Sirius’ borst zitten precies waar Harry een doodsspreuk op Sirius moet afvuren.
Als ze de hut verlaten en Lupin in een weerwolf verandert, grijpt Peter Pettigrew Rons toverstok en gebruikt die om Ron en Crookshanks te verdoven voordat hij ontsnapt.
Ten slotte, als Sirius Ron een nieuwe uil geeft, houdt Ron hem onder Crookshanks neus ter goedkeuring voordat hij hem aanneemt. Ginny geeft de uil de naam Pigwidgeon.
Goblet of FireEdit
Crookshanks is in het Hol met Hermelien. We zien hem kabouters najagen in de tuin voor het eten. Als Fred Wemel wat vuurwerk laat vallen als de familie zich klaarmaakt om naar Londen en de Zweinsteinexpres te vertrekken, schrikt Crookshanks en verscheurt een Dreuzeltaxichauffeur. Hij zit in dezelfde taxi als Harry, Ron en Hermelien, en alle drie worden ze flink gekrabd.
Op de Express, en door het hele boek heen, is Crookshanks af en toe aanwezig, opgekruld op een stoel, springend op de schoot van Harry of Hermelien, en gedraagt zich over het algemeen zoals het een kat betaamt. Crookshanks lijkt bereid om bijna elke hoeveelheid affectie van Harry of Hermelien, en soms Ginny, op te slorpen, maar lijkt Ron niet helemaal te vertrouwen.
Orde van de FeniksEdit
Op nummer 12, Grimmauld Place, zien we Crookshanks in de keuken, spelend met Boterbier kurken, en zich over het algemeen gedragend als een kat. Door het hele boek heen is Crookshanks af en toe aanwezig, opgekruld op een stoel, springend op schoot bij Harry of Hermelien, en gedraagt zich over het algemeen zoals het een kat betaamt.
Half-Blood PrinceEdit
Er wordt vermeld dat Crookshanks Hermelien vergezelt naar de Zweinsteinexpress als ze uit Het Hol vertrekken. Opnieuw lijkt Crookshanks zich te gedragen als een kat, en slechts een voorbijgaande rol in het verhaal te hebben.
Deathly HallowsEdit
We zien Crookshanks aan Hermelien’s voeten als zij, Ron, en Harry er in slagen wat tijd met elkaar door te brengen tijdens de voorbereidingen van het huwelijk in Het Hol. Crookshanks gedraagt zich hier als een kat, gewoon opgekruld aan Hermelien’s voeten terwijl zij boeken sorteert. Als mevrouw Wemel binnenstormt, duikt Crookshanks kribbig onder het bed om zich te verstoppen.
Wanneer Harry, Ron en Hermelien de tunnel aan de voet van de Gierende Wilg in moeten, wenst Ron dat ze Crookshanks bij zich hadden om de knoop door te drukken die de boom stil zal leggen. In woorden die sterk doen denken aan iets wat Ron in het eerste boek had gezegd, zegt Hermelien: “Ben jij een tovenaar, of wat?” Ron, zichzelf terugdenkend, gebruikt de eerste toverspreuk die hij ooit leerde (Wingardium Leviosa) om een stok tegen de knoop te duwen die de Wilg stil legt.