Velen vragen zich af hoe een alcoholtest met de adem in verband kan worden gebracht met de hoeveelheid alcohol in uw bloed – vooral als u in de tussentijd veel water hebt gedronken en iets hebt gegeten. Alcoholtests met ademanalysatoren zijn echter zeer nauwkeurig – hier is hoe het werkt.
U drinkt alcohol
De hoeveelheid alcohol die u drinkt is constant, maar individuele variabelen zullen van invloed zijn op de snelheid waarmee het in het lichaam wordt geabsorbeerd.
Absorptie vindt plaats
Alcohol is een vrij kleine molecule, en blijft onveranderd (in tegenstelling tot de grotere eiwitten en koolhydraten in het voedsel dat we eten) terwijl het via het spijsverteringskanaal en de dunne darm in uw bloedbaan wordt opgenomen.
Alcohol circuleert
De alcohol verplaatst zich door uw lichaam en beïnvloedt de manier waarop signalen in uw hersenen worden uitgezonden – en veroorzaakt zo de effecten van alcohol zoals wij die kennen.
Het bereikt de longen
Wanneer de alcohol die in uw bloed circuleert de longen bereikt, zal het gemakkelijk uit het bloed diffunderen, net zoals kooldioxide dat doet. Als u alcohol in uw bloed hebt, zult u dus ook alcohol uitademen, wat met alcoholtests kan worden opgespoord.
Problemen met alcoholtests
Alcoholtests zijn gebaseerd op gezonde en beproefde biologische mechanismen. Er kunnen zich echter problemen voordoen met alcoholtesten vanwege twee veronderstellingen:
- Alcohol gedetecteerd op de adem kan niet afkomstig zijn uit de bloedbaan, en
- De omzetting van de hoeveelheid gemeten alcohol in percentage bloedalcohol kan variëren tussen individuen.
Toch zijn alcoholtesten met onze huidige instrumenten in staat om ons BAC-metingen te geven die over het algemeen nauwkeurig zijn tot +/-10%. Dit is nauwkeurig genoeg voor de politie om een bloedalcoholtest te eisen, als je boven een bepaalde hoeveelheid ‘blaast’.
