Een eiland in de Noord-Atlantische Oceaan, Ierland heeft een oppervlakte van 84.421 km2 (32.595 sq mi). Zoals te zien is op de natuurkundige kaart van Ierland hierboven, heeft het land ondanks zijn geringe omvang een zeer gevarieerde topografie.
Ierlands centrale laagvlakte van vlakke glooiende vlaktes wordt doorsneden door moerassen, loughs (meren) en rivieren, en omgeven door heuvels en lage bergen.
De belangrijkste bergketens zijn de Blackstairs, Bluestack, Comeragh, Derryveagh, Macgillycuddy’s Reeks, Nephinbeg, Ox, Silvermines, Slieve Mish, Twelve Pins, en Wicklow.
Het hoogste punt van het land, Carrauntuohill, in het uiterste zuidwesten, is 1041 m (3414 ft.) hoog. De gele rechtopstaande driehoek markeert zijn positie op de kaart.
De westelijke kustlijn omvat talrijke zeekliffen. De beroemdste, en volgens sommigen de mooiste van heel Europa, zijn de Kliffen van Moher. Zij bereiken een maximale hoogte van iets meer dan 213 m (700 ft.)
Zoals op de kaart hierboven te zien is, heeft Ierland tientallen kusteilanden, waaronder Achill, het grootste eiland van het land. Andere belangrijke eilanden zijn de Aran-eilanden ten zuidwesten van Galway en Valentia Island vlak bij het schiereiland Iveragh. Andere schiereilanden van betekenis zijn de Beara en Dingle.
De rivier de Shannon is met een lengte van 386 km (240 mijl) de langste rivier van Ierland. De rivier wordt langs de route verbreed in vier loughs (meren), waaronder Lough Allen, Lough Bafin, Lough Derg en Lough Ree. Andere inlandse meren van betekenis zijn de Conn, Corrib en Mask.
Naast de Shannon zijn nog andere rivieren van betekenis: de Barrow, Blackwater, Boyne, Finn, Lee, Liffey, Nore, Slaney en Suir.
Het laagste punt van Ierland is de zee op 0 m.