Ondanks het feit dat ze de fysieke aanpassingen van een klimmer missen, kunnen krokodillen in bomen klimmen en doen dat regelmatig, zo blijkt uit een nieuwe studie in Herpetology Notes.
Na bestudering van vijf krokodilachtigen in Afrika, Australië en Noord-Amerika, ontdekte het team dat de reptielen tot 1 meter hoog van de grond kunnen klimmen. Jonge exemplaren zijn waargenomen tot wel 30 voet hoog. In combinatie met anekdotisch bewijsmateriaal in deze gebieden stelden de onderzoekers vast dat de kleinere krokodillen in staat waren om verticaal in bomen te klimmen, terwijl hun grotere soortgenoten afhankelijk waren van schuine takken.
Het team concludeert dat het vermogen om in bomen te klimmen de koudbloedige soorten in staat stelt om hun lichaamstemperatuur te regelen – zich te koesteren in de zon – en hun omgeving in de gaten te houden. De onderzoekers merkten op dat de krokodillen “schichtig” waren, en wegvluchtten van hun hoogte als waarnemers te dicht naderden.
Onderzoekers die betrokken waren bij de studie merkten op dat mensen die in de buurt van krokodillenterritoria hebben gewoond, al tientallen jaren van dit vermogen afweten, maar dat het tot nu toe een zelden bestudeerd gedrag was. Het team traceerde de eerste documentatie over het boomklimmen van de reptielen terug tot 1972, toen kort werd opgemerkt dat baby-krokodillen “in struiken konden klimmen, in bomen en zelfs aan riet konden hangen als kameleons.”
Deze bevindingen volgen op een rapport van december dat twee krokodilachtigen onthulde die hun snuit camoufleerden met takjes om nietsvermoedende prooien te lokken.
