De Semmes-Weinstein Monofilament test is een sensorisch evaluatie-instrument. Dit instrument bestaat uit een set monofilamenten die variëren in dikte en diameter. De gradiëntkrachten van deze monofilamenten variëren van 0,086 gm tot 448 gm. Deze monofilamenten worden gebruikt om het sensorisch verlies in kaart te brengen. De resultaten zijn nuttig om het verlies aan zintuiglijke waarnemingen te vergelijken met de terugkeer van de gewaarwordingen op verschillende delen van het lichaam. Wij hebben deze beoordeling alleen uitgevoerd op de hand en de onderarm.
De procedure waarbij deze beoordeling wordt uitgevoerd moet zeer systematisch zijn. De beoordelaar begint met het kleinste monofilament en werkt naar boven toe naar het grootste filament, maar de beoordelaar stopt met testen wanneer het kleinste monofilament dat wordt getest, door de cliënt wordt waargenomen. We werkten van vinger één naar vinger vijf, van distaal naar proximaal, van anterior naar posterior. Daarna begonnen we met het testen van de volar handpalm en de dorsale hand van de cliënt, wat voorafging aan het testen van de anterior en vervolgens posterior onderarm. Er zijn diagrammen aanwezig in het evaluatie-instrument die gekleurd moeten worden volgens de zintuiglijke vermogens. Groen komt overeen met normale gewaarwording. Blauw komt overeen met verminderde lichte tastzin. Paars komt overeen met een verminderd beschermend gevoel. Rood correspondeert met verlies van beschermende sensatie, en rode lijnen betekenen dat de cliënt in dat gebied niet te testen was.
Op de rechterhand van onze cliënt had hij normale sensatie op het proximale vingerkootje van de eerste en tweede vinger, samen met de proximale-laterale twee delen van zijn handpalm aan de volar zijde van zijn hand. Hij had verminderde lichte tast op de distale vingerkootjes van de cijfers twee tot en met vijf, de middelste vingerkootjes van de cijfers één tot en met vier, de proximale vingerkoot van cijfer vier, de distale vier delen van de handpalm, de middelste vier delen van zijn handpalm, en het mediaal-proximale deel van zijn handpalm aan de volarzijde van zijn hand. Hij had een verminderd beschermend gevoel op de middelste en proximale vingerkootjes van digit vijf en het distale vingerkootje van digit één aan de volar zijde van zijn hand.
