27 februari: Onze-Lieve-Vrouw van het Licht
Aan het begin van de 18e eeuw leefde in Palermo, Italië, een jezuïet, pater Johannes Genovesi. Aan het begin van zijn missionariscarrière stelde hij de zielen waarover hij de leiding zou krijgen onder de bescherming van de Heilige Moeder, en besloot hij naar elk van zijn missies een afbeelding van Maria mee te nemen.
Niet wetend welke afbeelding van Onze Lieve Vrouw hij moest gebruiken, raadpleegde hij een vrome zieneres met de boodschap dat zij Onze Lieve Vrouw moest vragen wat zij verlangde. Op een dag, toen deze dame in gebed knielde, zag zij de Koningin van de Hemel naderen, omringd door pracht, majesteit en heerlijkheid, die alles overtrof wat zij ooit in een van haar visioenen had aanschouwd. Uit het lichaam van de Maagd straalde een stortvloed van licht, dat zo helder was, dat in vergelijking daarmee de zon verduisterd scheen. Toch waren deze stralen niet pijnlijk voor het oog, maar leken eerder gericht op het hart, dat zij onmiddellijk doordrongen en vervulden met zoetheid.
Een groep Serafijnen die in de lucht zweefden, hingen boven hun Keizerin en hielden een drievoudige kroon vast. Het maagdelijk lichaam was gekleed in een vloeiend gewaad, witter dan de sneeuw en schitterender dan de zon. Een gordel, ingelegd met edelstenen, omringde Maria’s mooie gestalte, en om haar bevallige schouders hing een mantel van azuurblauwe tint. Ontelbare engelen omringden hun koningin, maar wat de beschouwende ziel het meest betoverde, was de onnoemelijke lieflijkheid, gratie en goedheid die van het moederlijk gelaat van Maria uitging. Zij straalde clementie en liefde uit. Onze Lieve Vrouw zei tegen de vrome vrouw dat ze afgebeeld wilde worden zoals ze nu was onder de titel van Allerheiligste Moeder van het Licht, waarbij ze de woorden drie keer herhaalde.
De jezuïet huurde arbeiders in om te beginnen met het werk aan de afbeelding van Onze Lieve Vrouw van het Licht, maar noch de vrome vrouw noch de priester waren in staat er leiding aan te geven, en het resultaat was dat het na voltooiing niet voldeed aan de bevelen van Onze Lieve Vrouw. De Vrouwe gebood de vrouw naar de afbeelding te kijken, en toen ze de vergissing zag, ging ze weer bidden en vroeg Maria om hulp. Maria verscheen opnieuw en gebood de vrouw toezicht te houden op het werk en aanwijzingen te geven, terwijl Maria op onzichtbare wijze zou helpen. Verheugd over het voltooide werk, verscheen Maria erover en zegende het met het teken van het kruis.
Deze prachtige schat bevindt zich nu in de stad Mexico in de kathedraal van Leon, vroeger bekend als de Jezuïetenkerk. Op de achterkant van het schilderij staan de authenticiteit en vier handtekeningen, waaronder die van pater Genovesi, SJ. Het schilderij werd in 1702 overgebracht uit Palermo, Sicilië, en in 1732 op het altaar in Leon geplaatst. De inwoners van León hebben een aangeboren devotie en grote tederheid voor de Moeder van God. In 1849 beloofden zij plechtig voor de beeltenis Onze Lieve Vrouw van het Licht tot patrones van León te maken. Deze belofte werd bevestigd door paus Pius IX; Leo XIII bekrachtigde de bekroning van de beeltenis van Onze-Lieve-Vrouw van het Licht in 1902.
*van De Vrouw in de Baan
Terug naar Mariale Kalender Pagina
Terug naar Rooms-Katholieke Heiligen Home Page
