TAMBIÉN
We gebruiken het wanneer iemand iets zegt, een positieve uitspraak en we het met die uitspraak eens zijn
Voorbeeld
Estudio español Ik studeer Spaans
Yo también So do I/me too
Maar soms is de eerste uitspraak positief en zijn we het er niet mee eens, dan gebruiken we
Estudio español Ik studeer Spaans
Yo no I don’t
TAMPOCO
We gebruiken het als iemand iets zegt, een negatieve zin en we het eens zijn met die uitspraak
Yo no estudio ruso I don’t study Russian
Yo tampoco Neither do I
Het onderstreepte woord kan worden veranderd, afhankelijk van het onderwerp, als we het over onszelf hebben, gebruiken we “yo”, maar als we iemand willen aanspreken die dat wel doet, gebruiken we “él o ella” – hij of zij, in plaats daarvan
Zoals in de zinnen “yo no estudio ruso” Ik studeer geen Russisch
“yo tampoco, pero mi prima sí” Ik ook niet, maar mijn neef wel
Als we het niet eens zijn met de eerste bewering en die is negatief, zullen we zeggen
“Yo no estudio ruso” Ik studeer geen rus
“Yo sí” Ik wel
#Watchout-“también” en “tampoco”, “yo no” en “yo sí” met de meeste werkwoorden, maar ze worden niet gebruikt met het werkwoord “gustar”, -verbos afectivos-to like en werkwoorden die gelijksoortig werken.
Werkwoord gustar en soortgelijke werkwoorden
Je weet dat gustar een bepaalde manier heeft om vervoegd te worden, dus het heeft ook zijn eigen manier om het eens en oneens te zijn.
Wanneer we dus niet “también” en “tampoco” zeggen, voegen we gewoon “a +complement +también/tampoco/sí/no”
Fran- “Me gusta la música clásica” Ik hou van klassieke muziek
Vanesa- “A mi hermano también, pero a mí no” Mijn broer houdt er ook van, maar ik niet
Laten we wat dieper gaan
Dus als de eerste zin positief is
+ “Me gustan los deportes” Ik hou van sport
Als je het ermee eens wilt zijn, wordt het weer een positieve zin, toch? zou je zeggen (+) ” a mí también” Ik vind ze ook leuk
Maar als je het er niet mee eens bent, zou het een negatieve zin zijn die je zou zeggen (-) ” a mí no” Ik niet
Waar de eerste zin negatief is
(-) “No me gustan los deportes” Ik hou niet van sport
Als je het er niet mee eens bent, zou je deze keer een negatieve zin gebruiken, (-) ” a mí tampoco” Ik hou er ook niet van
Maar als je ze wel leuk vindt, wordt het een positieve zin en zeg je (+) ” a mí sí” Ik vind ze wel leuk
#Wat je moet weten – het onderstreepte gedeelte, kan veranderen afhankelijk van over wie we het hebben
A mí
A tí
A él…
A nosotros…
#note-werkwoorden die werken als “gustar” zijn
-interesar om te interesseren
-encantar om lief te hebben
-molestar om te storen
-apetecer Om ergens zin in te hebben/om iets te doen
-doler Om pijn te doen
-aburrir Om te vervelen
-fastidiar Iemand vermoeien
-fascinar Fascineren
-preocupar Zorgen maken
Dus als iemand een van deze termen gebruikt en je wilt ermee instemmen, vergeet dan niet te zeggen
“A mí también”
Voorbeeld-
Roberto-“me encanta el fútbol” Ik hou van voetbal
Yo-” A mí también, lo juego todos los domingo” Ik hou er ook van, ik speel elke zondag
Kijk eens naar deze video die ik voor je gemaakt heb,
Ik hoop dat je ervan genoten hebt en dat je iets nieuws geleerd hebt, als dat zo is, deel het dan alsjeblieft met je “medeleerlingen” en verspreid het Spaanse woord rond!
Homework, ik heb een snelle quiz voor je gemaakt, zodat je kunt controleren of je hebt begrepen wat je net hebt gelezen, spring erop en probeer het eens, en daarna…is het weer aan jullie, zoals gewoonlijk zijn jullie aan de beurt, en ik lees graag van jullie, laat hieronder een reactie achter en laat me weten hoe je het hebt gedaan met de quiz, http://makeaquiz.net/VRYb3r en als je je vandaag dapper voelt, laat dan een reactie achter met een zin en de manier waarop je zult antwoorden met “también” en “tampoco”, zoals
Juan-“Trabajo todos los días de 7 a 15.00” Ik werk elke dag van 7 tot 15 uur
Yo-“Yo también” Ik ook
(Voor de moedigsten) voeg een derde toe
Marta-“!Qué suerte! Ik werk van 8 tot 17.30 uur. Geluksvogel! Ik niet, ik werk van 8 tot 17.30
Dat is alles voor nu amigos
Blijf oefenen en ik schrijf je pronto-snel