DAR FATHER:

Enkele jaren geleden verloren wij onze zoon. Ik zet vraagtekens bij het concept van één hemel, met alle mensen die vanaf het begin van de mensheid hebben geleefd, samen op één plaats – triljoenen mensen. Zal het als een droom zijn? (Als je bijvoorbeeld iemand wilt zien, hoef je alleen maar aan hem te denken.) Worden families in de hemel herenigd? – Pete

DEAR PETE:

Het spijt me van de dood van uw zoon te vernemen. Ik kan begrijpen waarom u, geconfronteerd met zo’n groot verlies, meer wilt weten over God en het mysterie van de hemel. Hoewel ik u geen concrete antwoorden kan geven, kan ik u verzekeren dat ons geloof ons aanwijzingen geeft die ons kunnen leiden op onze reis naar God.

Onze God is liefdevol, machtig, ondoorgrondelijk, vrijgevig en barmhartig. Er zijn geen grenzen in God zoals in ons. Wij zijn beperkt door ons lichaam, ruimte en tijd. We moeten ons bewust zijn van onze beperkingen, maar ze niet toeschrijven aan God. Het is niet omdat wij sommige dingen niet kunnen doen, dat God ze niet kan doen. Daarom moeten we ernaar streven God te zien als een Vader die van ons houdt en de macht heeft om ons te helpen. Door een diepere relatie met onze Vader aan te gaan, zullen we nog meer leren vertrouwen op zijn barmhartige liefde voor ons.

Hoe ontoereikend en onbevredigend is onze taal als we over God spreken! Toch kunnen we zeggen dat, omdat we in de hemel allemaal met God verenigd zullen zijn, we ook verenigd zullen zijn met onze geliefden. Je zult weer bij je zoon zijn. Dit aardse leven is slechts de eerste fase van ons eeuwige leven. Als leden van het mystieke lichaam van Christus bestaat onze dagelijkse taak in het onderhouden en ontwikkelen van een liefdevolle relatie met onze hemelse Vader en met elkaar. Wij kunnen dit doel alleen bereiken door te bidden – dat wil zeggen, door met God te dialogeren en te luisteren naar wat Hij ons zegt.

Niemand is ooit uit de hemel teruggekomen en heeft ons er een beschrijving van gegeven. Het dichtst bij zo’n ervaring komt de mystieke ervaring van Paulus om “opgenomen te worden in het paradijs”, waar hij “onuitsprekelijke dingen hoorde, die niemand kan uitspreken” (2 Korintiërs 12:4). Hij schreef ook in 1 Korintiërs 2:9-10:

‘Wat het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en wat niet in het mensenhart is opgekomen, wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben,’ dit heeft God ons geopenbaard door de Geest.

De hemel is dus geen fysieke plaats die gemeten kan worden of die zich in een deel van het heelal bevindt. Al haar menselijke bewoners zijn herrezen lichamen. Jezus zegt dat we zullen zijn als engelen, of geestelijke wezens, en dus zullen we geen fysieke ruimte innemen. Het zal niet nodig zijn om ons op elkaar te stapelen. Als dit vreemd klinkt, bedenk dan dat op de eerste Paasmorgen Maria Magdalena en de leerlingen op de weg naar Emmaüs Jezus niet herkenden. We kunnen die manier van zijn nu niet beschrijven, maar we zullen het ervaren tot in de eeuwigheid.

Dus, wat is de hemel? Johannes Paulus II zegt dat het “een levende, persoonlijke relatie met de Heilige Drie-eenheid” is. Het is onze ontmoeting met de Vader die plaatsvindt in de verrezen Christus door de gemeenschap van de Heilige Geest” (Algemene Audiëntie, 21 juli 1999).

De Catechismus van de Katholieke Kerk leert dat “dit volmaakte leven met de Allerheiligste Drie-eenheid – deze gemeenschap van leven en liefde met de Drie-eenheid, met de Maagd Maria, de engelen en al de gezegenden – ‘de hemel’ wordt genoemd. De hemel is het uiteindelijke einde en de vervulling van het diepste menselijke verlangen, de staat van het hoogste, definitieve geluk” (1024).

St. Augustinus zegt het eenvoudig en mooi met deze woorden: “Onze harten zijn rusteloos, Heer, totdat ze rusten in U.” De hemel is de plaats waar wij volkomen en eeuwig in God zullen rusten.

De leringen van Christus geven ons de grondslag voor ons geloof in de hemel. Op dit punt kon hoofdstuk 6 van het Johannes Evangelie niet duidelijker zijn:

Want dit is de wil van mijn Vader, dat een ieder die de Zoon ziet en in Hem gelooft, eeuwig leven heeft, en Ik zal hem opwekken op de jongste dag (v. 40). …

Ik ben het levende brood, dat uit den hemel nedergedaald is; wie dit brood eet, zal eeuwig leven; en het brood, dat Ik geven zal, is mijn vlees, voor het leven der wereld (v. 51).

Er zijn vele andere passages in het Nieuwe Testament die onze eenheid in Christus aanwijzen als ook een eenheid met de Vader in de Heilige Geest. Eén zijn met Christus begint met onze doop en gaat verder in dit leven met onze inspanningen om zonde te vermijden en vooral om onze naaste lief te hebben in woorden en in daden. Onze inlijving zal sterker en liefdevoller en inniger worden naarmate wij ernaar streven trouw te blijven aan zijn wil. Zij zal haar volmaakte staat pas in de hemel bereiken.

God wil al zijn zonen en dochters, verspreid over de wereld en de geschiedenis, tot zich verzamelen. Door zich aan ons te openbaren als barmhartige liefde, nodigt hij ons uit ons hart wijd open te stellen om zijn geschenk van eeuwig leven te ontvangen.

admin

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

lg