Joseph Smith, de stichter en leider van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (beter bekend als Mormonisme), wordt samen met zijn broer Hyrum vermoord wanneer een menigte inbreekt in de gevangenis waar zij worden vastgehouden in Carthage, Illinois.

Geboren in Vermont in 1805, beweerde Smith in 1823 dat hij was bezocht door een christelijke engel, Moroni genaamd, die tot hem sprak over een oude tekst die al 1500 jaar verloren was gegaan. De heilige tekst, die in de vierde eeuw door een Indiaanse geschiedschrijver op gouden platen zou zijn gegraveerd, vertelde het verhaal van Israëlitische volkeren die in de oudheid in Amerika hadden gewoond. Gedurende de daaropvolgende jaren dicteerde Smith een Engelse vertaling van deze tekst aan zijn vrouw en andere scribenten, en in 1830 werd Het Boek van Mormon gepubliceerd. In hetzelfde jaar stichtte Smith de Kerk van Christus – later bekend als de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen – in Fayette Township.

De godsdienst won snel aan bekeerlingen, en Smith stichtte gemeenschappen in Ohio, Missouri, en Illinois. De christelijke sekte werd echter ook zwaar bekritiseerd om haar onorthodoxe praktijken, zoals polygamie. In 1844 kondigde Smith aan zich kandidaat te stellen voor het presidentschap van de Verenigde Staten. Hoewel hij niet genoeg aantrekkingskracht had om te winnen, deed het idee van Smith als president de anti-Mormoonse sentimenten toenemen. Een groep andersdenkende heiligen der laatste dagen begon een krant te publiceren die zeer kritisch was over de praktijk van polygamie en over Smiths leiderschap; Smith liet de pers vernietigen. De daaropvolgende dreiging van geweld zette Smith ertoe aan een militie op te roepen in de stad Nauvoo, Illinois. Hij werd door de Illinois autoriteiten beschuldigd van verraad en samenzwering en met zijn broer Hyrum gevangen gezet in de stadsgevangenis van Carthage. Op 27 juni 1844 stormde een menigte binnen en vermoordde de broers.

Twee jaar later leidde Smiths opvolger, Brigham Young, een exodus van vervolgde heiligen der laatste dagen uit Nauvoo langs de westelijke karrensporen op zoek naar religieuze en politieke vrijheid. In juli 1847 bereikten de 148 eerste pioniers de vallei van het Grote Zoutmeer in Utah. Bij het zien van de vallei verklaarde Young: “Dit is de plaats,” en de pioniers begonnen met de voorbereidingen voor de tienduizenden migranten die hen zouden volgen om zich daar te vestigen.

admin

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

lg